Het is een reisdag vandaag met een tweetal stops onderweg. Via de 54 rijden we richting Stykkishólmur, ook al zo'n fijne plaatsnaam om te moeten typen.
Je zal in IJsland maar de verkeersinformatie moeten voorlezen. |
Het is een woest landschap waar we doorheen rijden. Het lijkt wel of hier ooit eens een vulkaan is uitgebarsten. Oké, dat is ook zo. We zien onderweg dan ook een groot lavaveld.
In "de buitenwijken" van Stykkishólmur zien we een bakkerij met een kleine eetgelegenheid er bij. Ze hebben er lekkere vers gebakken (belegde) broodjes. Een prima ontbijt. Vervolgens doen we boodschappen bij een nabij gelegen supermarkt en rijden dan naar de haven. We parkeren er de auto en en gaan er de oranje vuurtoren bekijken.
Het kleine torentje torent hoog boven de zee uit |
Als we weer afgedaald zijn, lopen we een rondje door het dorp. Bij de haven staat een busje van een bedrijf dat excursies verzorgt. Ze zijn gespecialiseerd in "Shark & Lava Safari', een beetje merkwaardige combinatie. Het doet me denken aan Hugh Grant die in Notting Hill Julia Roberts komt interviewen namens het blad 'Horse and Hound'.
Stykkishólmur is een echt vissersplaatsje. In de haven liggen zowel vissers- als plezierboten.
Je zal maar wonen aan de Bóklödustíger in Stykkishólmur. Dan heb je als je een brief wilt versturen een extra grote enveloppe nodig om alleen al het afzendersadres er op te kunnen schrijven. Als we weer terug zijn bij de haven gaan we een kopje koffie en thee drinken in een groen café, althans groen van buiten.
Op een gegeven moment horen we opeens een enorme herrie. We lopen naar buiten om te kijken waar het vandaan komt. Het is een reddingshelikopter die in de haven bezig is om twee mensen uit het water op te takelen. Het is echter geen reddingsoperatie maar een demonstratie.
Het blijkt dat hier vandaag een feestdag wordt gevierd. Welke weet ik niet. Þjóðhátíðardagurinn (dat betekent Onafhankelijkheidsdag, maar dat wist u ongetwijfeld al) is de dichtstbijzijnde nationale feestdag, maar die wordt pas op 17 juni gevierd, dus die kan het niet zijn. Misschien vieren ze hier wel elk weekend een feestdag. Enfin, we zien dus de reddingsdemonstratie, een lading kinderen in autootjes en twee concurrerende orkestjes (de roden en de blauwen) die vol ongeduld staan te wachten totdat de helikopter is weggevlogen.
Als we even later de afslag nemen naar de 54 zien we dat de weg overgaat in een onverharde weg. Dat komt een beetje als een verrassing voor ons. Even iets kort over het wegensysteem in IJsland. Je hebt de grote rondweg in IJsland: de 1. Zeg maar de autosnelweg van IJsland met dien verstande dat hij niet vierbaans is maar tweebaans en op een hoop plekken (bij bruggen) zelfs maar éénbaans. Daar geldt dat degene die het eerst bij de brug is voorrang heeft. (Stel je voor dat je dat in Nederland ook hebt; een brug in de A4 met maar ruimte voor één baan.) De Þjóðvegur 1 (Nationale weg 1) of Hringvegur (Ringweg) is de belangrijkste weg in IJsland. Hij loopt min of meer in een grote cirkel over het eiland heen en verbindt de belangrijke plaatsen met elkaar. De 1 is 1340 kilometer lang en is helemaal geasfalteerd.
Dan heb je de wegen met een XX-nummer zoals de 54 hier. Meestal zijn dat goed berijdbare verharde wegen maar er zit ook wel eens een stuk onverharde weg bij. De volgende categorie is de XXX-weg, de 586 bijvoorbeeld. Soms zijn deze wegen verhard, soms onverhard. Tot slot heb je de F-wegen, zoals de F578. Dat zijn haast altijd onverharde hobbel-de-bobbel-wegen die veelal het ruige binnenland ingaan. Je hebt een 4x4 auto nodig om er over heen te kunnen rijden en wij mogen er met ons type auto niet over heen. Doen we dat toch dan rijden we er onverzekerd rond.
Enfin, bij de 54 staan we voor onze eerste onverharde weg. Hij ziet er echter goed berijdbaar uit, dus vooruit met de geit.
Nu schreef ik 'vooruit met de geit' maar ik had beter kunnen schrijven 'vooruit met het schaap'. In IJsland lopen namelijk haast overal schapen in het wild rond, dus ook op de weg. Als ze een auto zien, dan kijken ze je eerst schaapachtig aan, schrikken ze zich vervolgens rot en hollen dan op een holletje - dat klinkt dubbelop maar ze hollen echt heel hard - van de weg af. Veelal zijn het een moeder schaap met één of twee kleintjes. Je moet als chauffeur wel goed op de hoede zijn voor schapen op de weg. Gelukkig is de dochter - zij rijdt - dat.
Het weer is minder mooi dan de eerste dagen, in de middag miezert het langdurig. Kilometers lang rijden we over de weg. Het is wel een mooie weg - de omgeving bedoel ik dan; niet de weg zelf.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten