Pagina's

maandag 27 juni 2022

Van Hella via Landmannalaugar naar Laugarvatn, 20 juni

 

Vandaag staat een wandeling in Landmannalaugar op het programma. Dat is een bergachtig gebied in het binnenland van IJsland, niet zo ver van de Hekla, één van IJslands meest actieve vulkanen. (De laatste vijf erupties vonden plaats in 1970, 1980, 1981, 1990 en 2000. Hoe langer het wachten is op de volgende eruptie, hoe krachtiger die vermoedelijk zal zijn. Hopelijk niet vandaag.)

Ook in Landmannalaugar - ik zal in de rest van deze blogpost dit gebied aanduiden met L., dan hoeft u niet telkens dat lange woord te lezen en belangrijker, hoef ik het niet telkens te typen - is er de nodige thermische activiteit. Op diverse plaatsen zijn er stoomgaten. L. is ook bekend vanwege zijn ryolietgesteente. De omringende bergen zijn zeer kleurrijk: geel, rood, bruin en grijsgroen. Kortom, het is een mooi gebied, niet alleen om te zien maar ook om te wandelen.

(kaartje afkomstig van www.ijsland-info.nl/)

Je kan er echter niet zo maar komen. Er lopen alleen maar F-wegen heen, waarvoor je een 4x4 auto met bij voorkeur high clearance nodig hebt. Heb je die niet, dan kan je er toch geraken en wel met een bus vanuit Reykjavik. Die bus maakt ook een tussenstop in Hella, de plaats waar wij zitten, en daar kan je ook opstappen. Van Hella naar L. is het ongeveer 100 km rijden.

Een paar weken geleden hebben wij kaartjes voor de bus gekocht. Even leek het er op dat de tocht niet door zou gaan, want vorige week verscheen er opeens een bericht op de site van de busonderneming, waarin stond dat de weg naar L. geblokkeerd was door modder o.i.d. en dat alle bustochten voorlopig geannuleerd waren. Maar de boel is blijkbaar opgeruimd, want sinds zaterdag rijden de bussen weer.

We staan vroeg op. Als we naar buiten kijken zien we dat het gelukkig droog is. Na het ontbijt rijden we een klein stukje naar 'het winkelcentrum' waar de bus stopt. Als we er om half negen de auto parkeren  - de bus vertrekt om kwart voor negen - zien we al een bus staan. Deze bus blijkt al helemaal vol te zitten met mensen uit Reykjavik - oké, de bus is leeg; de mensen zitten in het winkelcentrum koffie te drinken -  maar volgens de chauffeur komt er zo een tweede bus voor de mensen die in Hella opstappen en dat blijkt te kloppen. We hebben braaf onze kaartjes uitgeprint maar die hoeven we niet te laten zien. Onze namen staan op een lijst in de tablet van de chauffeur. Even later vertrekken we. Onze bus is halfvol. Is het niet de kwantiteit dan is het kwaliteit van de passagiers.

De busreizigers

In het begin rijden we nog over een verharde weg maar alras verandert dat in onverharde wegen. Ik moet zeggen dat de chauffeur er met een behoorlijke snelheid overheen rijdt. Na ruim twee uur rijden komen we bij L. aan. Vlak voor het eindpunt is een riviertje waar de bus probleemloos doorheen rijdt, maar veel automobilisten durven ondanks hun 4x4 wagen dat niet aan en parkeren hier hun auto en lopen dan het laatste stukje.

Dit is geen file maar de rij auto's van mensen die hier hun auto parkeren en het laatste stuk lopen.

Als je de auto hier parkeert, dan moet je echter nog wel het riviertje oversteken en ik moet zeggen, het  "bruggetje" over het water ziet er niet al te betrouwbaar uit.

Sommige automobilisten rijden echter wel door het water heen.

(De drie bovenstaande foto's zijn 's middags genomen toen we weer terug waren van onze wandeling.)

Links onze bus

We zijn niet de enigen die hier gaan wandelen. Sommigen maken hier een meerdaagse trektocht en hebben dan ook een wat grotere rugzak bij zich dan wij. Ook kan je hier kamperen.



Er zijn ook enige basisvoorzieningen zoals een douche en toilet, waarvoor je in een gebouwtje kan betalen. Ook is er soort parkranger die informatie geeft over de wandelingen. Ze vertelt dat - omdat er dit jaar veel sneeuw is gevallen -  sommige paden nog zijn afgesloten. Nu hadden Marianne en de dochter een wandeling gepland naar de 881 m hoge Brennissteinsalda (de kleurige berg) en dan via een ander pad weer terug. Die volledige rondwandeling duurt ongeveer 2 tot 3 uur over een afstand van 6,5 km met een te overwinnen hoogteverschil van 300 meter. Maar het laatste pad is nog afgesloten, waardoor we de wandeling moeten inkorten tot de top van de berg (en dan weer via hetzelfde pad terug.) Jammer zeggen moeder en dochter. Vader kijkt zo neutraal mogelijk.

De meegenomen wandelstokken van de oudjes worden op de juiste hoogte ingesteld en dan kunnen we op pad. De bus terug - ze blijven hier staan - vertrekt om half vier, dus we hebben zo'n vier uur de tijd. 

Klaar voor vertrek

De dochter heeft er zin in.

De eerste meters gaan nog gewoon over een pad zonder sneeuw, maar al snel moeten we regelmatig over een sneeuwveld lopen.


We moeten de rode paaltjes volgen.


Soms verdwijnt het touw dat op sommige plaatsen het pad aangeeft helemaal in de sneeuw en op andere plaatsen staan borden om aan te geven dat het gebied daar achter afgesloten is.




Ondanks dat het omhoog lopen in de sneeuw best lastig is  - je kan het beste in de voetsporen van iemand stappen; niet in die van jezelf want dan loop je rondjes - geraken we al hoger en hoger.



Op een gegeven moment is het tijd voor onze lunch: een uitgebalanceerde combinatie van knäckebröd en chocoladekoekjes.

Ons lunchplekje

We zien hier ook de nodige dampende plekken.



Op een gegeven moment komen we bij een bord, waaruit we kunnen opmaken dat we al 2,4 km hebben gelopen.


De top van de berg is dan ook al in zicht, maar om daar te komen moeten we eerst nog omhoog lopen door het zoveelste sneeuwveld en dan nog een steile klim naar de top. Marianne en ik besluiten het daarom hierbij te laten - ken uw krachten. De dochter die zonder ons drie keer zo snel loopt, gaat nog wel verder. Terwijl zij omhoog loopt, lopen wij nog een stukje omhoog waar we uitzicht hebben op wat mooie rode rotsen.



De dochter loopt ondertussen omhoog. Eerst door het sneeuwveld en dan naar de top van de berg.

Het laatste sneeuwveld is overwonnen door de dochter.

En bovenop de top. U zult begrijpen dat deze foto niet door ons is genomen.


Uitzicht vanaf de top

Wij lopen ondertussen (langzaam) omlaag. Bij één van de sneeuwmassa's zien we lopende langs de rand dat deze er niet helemaal betrouwbaar uit ziet, maar een aantal mensen loopt er desondanks wel overheen.

Lopende op de sneeuwmassa ziet het er misschien wel stevig uit, maar wij zien dat de sneeuw er onder, en daarmee de stevigheid, al behoorlijk verdwenen is. Gelukkig liep het voor deze dame goed af. Je kan in zo'n geval als je de keuze hebt, beter de wat moeilijker weg langs de sneeuwmassa kiezen dan er over heen te lopen.

Bij een wat steil sneeuwveld omlaag wachten we op de dochter zodat ze een wandelstok van ons kan lenen, waarmee je makkelijker door de sneeuw kan lopen. We hoeven slechts een minuut of tien te wachten - ze heeft ons dus al behoorlijk ingehaald - en dan zien we haar aankomen. Gezamenlijk lopen we verder omlaag.


We zijn bijna weer terug

De laatste hindernis

We zijn ruim op tijd voor het vertrek van de bus weer beneden en lopen daar nog even rond. Zo heb je  er een  warme beek met temperaturen van 26 tot 60 graden Celsius, waar je kan badderen. De dochter heeft er wel oren naar maar als ze een bordje ziet waarin wordt gewezen op de mogelijke aanwezigheid van een bacterie ziet ze er van af.

Deze mensen hebben het bordje niet gezien of zijn niet bang voor de bacterie.

We lopen ook nog even naar de oversteek van het riviertje om te kijken hoe de auto's hier doorheen rijden.


Dan is het tijd om naar de bus te gaan. Na een kwartiertje wachten is iedereen die met de bus terug wil er en vertrekken we. De terugtocht naar Hella duurt zo'n twee uur.

Onderweg

De andere bus voor ons uit

In Hella staat onze auto braaf op ons te wachten. We rijden eerst naar Selfoss, met 6000 inwoners één van de grotere plaatsen in het zuiden van IJsland. We eten er in een soort foodcourt, waar we alle drie iets anders halen bij verschillende eetgelegenheden. Dan is het richting Laugarvatn waar we zullen overnachten.

Onderweg daarheen zien we opeens een parkeerplaats langs de kant van de weg waar veel auto's staan. We stoppen even om te kijken wat daar te zien is. Het blijkt de Kerid Krater te zijn, nummer 1 van de bezienswaardigheden van Selfoss! Je moet een toegangsprijs betalen - 400 kronen, dat is ongeveer 2,80 euro; geen geld vinden - en we kopen een kaartje.

Het blijkt een gat in de grond te zijn, de restanten van een oude vulkaan gevuld met water.


Wat verderop zien we nog wat meer gaten in de grond, ook restanten van vulkaanuitbarstingen, maat daar lopen we niet heen, want om met onze vriend Romald Reagan te spreken: "Heb je één gat in de grond gezien, heb je ze allemaal gezien."

Nog meer gaten in de grond.

 Je kan een rondje over de rand van de krater lopen, maar ook naar de bodem. Vooruit, omdat we hier toch zijn:


We zijn inmiddels aan het twijfelen of 400 kronen toch niet wat veel is voor een gat in de grond, maar enfin, we krijgen er ook informatie over het ontstaan van de krater voor, dus ons hoor je niet klagen.

 

 De krater is het dieptepunt van vandaag - letterlijk hoor, letterlijk. Daarna rijden we in één keer door naar ons hotel: het Héradsskólinn Historic Guesthouse.


Het is een bijzonder hotel. Maar daarover morgen meer. We zullen hier twee nachten verblijven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten